We zijn het tiende jaar van het Klimaattakkoord van Parijs ingegaan. Tien van de 35 jaar waarin de wereld naar CO2-neutraliteit zou moeten omschakelen zijn verstreken. De tussenbalans ziet er helaas niet goed uit. Ik concludeer zelfs dat het woord ‘energietransitie’ de meest bezigde term blijkt voor iets dat feitelijk niet bestaat. Dat doe ik niet met vreugde of leedvermaak. Ik vind het onverantwoordelijk dat de machtige António Guterres, Ursula von der Leyen, Wopke Hoekstra, Dick Schoof en Sophie Hermans deze conclusie niet trekken op basis van de onomstotelijke feiten die iedereen op aarde kan verifiëren.
In de afgelopen 25 jaar zijn mondiale energieconsumptie, fossiel brandstofverbruik en CO2- uitstoot veel meer toegenomen dan de wereldbevolking. Het aandeel fossiel in de totale energiemix bleef verbazingwekkend stabiel rond 78 procent. We hebben voor duizenden miljarden euro’s zonnepanelen, windmolens, elektrische auto’s, warmtepompen, biomassacentrales, waterstoffabrieken, warmtenetten en CO2-opslaginstallaties gebouwd. Al deze beoogde instrumenten van een energietransitie hebben echter geen enkel waarneembaar effect gehad op de mondiale kerndoelen van het Klimaatakkoord van Parijs. Als we aan een kluizenaar die al 25 jaar solitair in de wildernis leeft het bovenstaande plaatje van 25 jaar energietransitie zouden laten zien, zou hij droogjes opmerken dat hij geen transitie ziet, alleen maar een voortzetting van alle lange termijntrends.
We hebben onze mond vol van desinformatie, en van de bedenkelijke trend dat perceptie en wensdenken belangrijker lijken te worden dan de realiteit. We verwijten dit allerlei politici die we liever niet aan de macht zouden zien. Ik roep nu onze Nederlandse, Europese en mondiale leiders op om de realiteit van een niet bestaande energietransitie open en eerlijk te erkennen. Dat is essentieel om de klimaatmiljarden die we nog gaan besteden op een veel effectievere manier aan te wenden dan we nu doen, om te beginnen met halvering van energieverbruik. Laten ieder van ons dat laatste zelf al zoveel mogelijk doen.