Het consortium Zon op Water wil met drijvende zonneparken 2000 megawattpiek gaan opwekken. Een bekende krant vermeldde dat onlangs abusievelijk als 2000 megawattuur, hetgeen tot absurde uitkomsten zou leiden. Alweer werden vermogen en energie door elkaar gehaspeld, en het kostte me enige moeite om de juiste toedracht te achterhalen.
Gemiddeld leveren zonnepanelen ongeveer 10% van hun piekvermogen. Die 2000 megawattpiek op water is dus door het jaar heen 200 megawatt. Dat is goed voor ruim 1% van onze nationale elektriciteitsbehoefte, en 0,2% van ons totale energieverbruik. Daarvoor zou op land geen ruimte meer zijn, en is 2000 hectare water nodig. Dat is zoiets als het Veerse Meer. Intussen vraag ik mij af of de kikkers, vissen, algen en planten onder die drijvende zonneparken zullen sterven door gebrek aan zonlicht. In dat geval zou de ‘verovering’ van het water neerkomen op ‘plundering’.
Het is zeker niet mijn doel om duurzame energie-initiatieven kapot te rekenen. Integendeel. Rekensommen zijn daarentegen wel essentieel om de verhoudingen in beeld te krijgen. En die verhoudingen kloppen tot nu toe niet. Dus blijf ik sommen maken en daarover schrijven, want zolang de verhoudingen niet kloppen schiet het niet op met de zo noodzakelijke reductie van fossiele brandstoffen.