Maandelijks archief: juni 2019

Lightyear en het klimaatakkoord

Eindelijk is er een klimaatakkoord. Er staan een aantal verstandige dingen in, maar het geheel is helaas op drijfzand gebaseerd. In 2030 zou 70% van onze elektriciteit duurzaam moeten worden opgewekt. Momenteel is dat officieel 15%, maar feitelijk 11% als we de door Milieudefensie terecht niet duurzaam geachte biomassa niet meetellen. Ons totale elektriciteitsverbruik zal in de komende tien jaar verdubbelen, en de aanname dat we dat voor 70% duurzaam gaan opwekken is nergens op gebaseerd.

Daarmee valt de bodem onder elektrisch rijden, aardgasloze huizen en allerlei andere maatregelen uit. We zouden beter kunnen inzetten op dingen die werkelijk CO2 besparen, zoals verlaging van de maximum snelheid. Onderaan de streep telt maar één ding: Halvering van onze CO2-uitstoot in de komende tien jaar, van 160 naar 80 miljard kilo per jaar. Ik volg dat nauwlettend, en ik hoop van ganser harte dat mijn verwachtingen niet bewaarheid zullen worden.

Aan Lightyear zal het niet liggen. Eindelijk een auto die daadwerkelijk bijdraagt aan verduurzaming, door het energieverbruik per gereden kilometer te minimaliseren. Dat is de toekomst, en de wereldwijde auto-industrie zou zich moeten schamen dat ze zich laten inhalen door de innovatieve nieuwkomer uit Helmond.

Stroomfiles

Stroomfiles. Een prachtig woord, maar een absurd fenomeen. Particulieren, ondernemers en wethouders kwakken overal lukraak zonneparken neer, verleid door miljardensubsidies of gedwongen door CO2-doelstellingen. Die zonneparken produceren bij mooi weer veel meer stroom dan het plaatselijke net aan kan. Dat is zoiets als Formule-1 liefhebbers die de toegangswegen naar Zandvoort verstoppen. De rijksoverheid zou meer centrale regie moeten voeren op zonne-energie, vindt ook netbeheerder Alliander.

Zonnepanelen van 300 Wattpiek wekken gemiddeld door het jaar ongeveer 30 Watt op, 10% van hun piekvermogen. Het dagelijkse aanbod van zonnestroom schommelt dus tussen nul en tien maal het gemiddelde. Bij grootschalige toepassing moet dat worden opgevangen met energieopslag, waarbij ruwweg de helft van de opgewekte elektriciteit verloren gaat.

Een kolencentrale van 600 MW zoals de Amercentrale is goed voor 4% van ons nationale elektriciteitsverbruik. Sluiting van zo’n centrale en vervanging door zonne-energie vergt, inclusief de verliezen van energieopslag, ongeveer 30 miljoen zonnepanelen op een oppervlak zo groot als de Biesbosch (9000 hectare). Het ontbreekt ons aan consistent nationaal beleid voor een dergelijke energietransitie.

Staan klimaattheorie en energiebeleid vast?

Het wordt steeds moeilijker om een open debat over klimaat en energie te voeren. Voor- en tegenstanders van het huidige energiebeleid trekken zich terug in hun eigen bubble, en laten liefst geen geluiden toe uit de andere bubble. Kritiek op klimaatontkenning botst op een muur van eigengereidheid. Kritiek op energiemaatregelen zoals aardgasloze huishoudens en vroegtijdige sluiting van kolencentrales wordt weggezet als ‘klimaatontkenning’.

Dat laatste is mij ook overkomen. Ik zit daar persoonlijk niet mee, maar het helpt het debat niet. Beleid moet ter discussie kunnen staan, en wetenschap moet falsificeerbaar zijn aldus filosoof Karl Popper. Bestuurders en klimaatwetenschappers zouden onderzoekingen die gangbare inzichten kunnen ontkrachten toch moeten omarmen in plaats van verketteren? De essentie van beleid maken en wetenschap bedrijven is toch twijfel, niet zekerheid?

Ik bepleit de noodzaak van koolstofreductie evenzeer als die van effectiever beleid daartoe. Dat beleid zou in mijn ogen minder op zekerheden en meer op gezonde twijfel gebaseerd moeten zijn. Ik zou elke dag wel kunnen reageren op de zogenaamde zekerheden in het nieuws. Na een jaar met 50 nieuwsbrieven ga ik de frequentie daarentegen wat verlagen. De zomer is in aantocht.