Maandelijks archief: juli 2023

Wederom nepnieuws over energie

Professor Han Slootweg van netbeheerder Enexis beweert in Nieuwsuur met neergeslagen blik dat hij de huidige netcongestie 5-7 jaar geleden niet had kunnen zien aankomen. Zijn lichaamstaal en de feiten spreken hem echter tegen. We weten al tien jaar van de structurele inzet op zonnepanelen, windmolens en elektrificatie van mobiliteit en verwarming. Dat veroorzaakt al tien jaar een voorspelbare toename van pieken en dalen in de stroomproductie en -afname. De ontwikkelingen zouden volgens Han Slootweg sneller zijn gegaan dan voorzien, maar dat is niet waar.

Het elektriciteitsverbruik is in de afgelopen tien jaar niet gestegen. Bovendien staat in de doelen van het Energieakkoord van 2013 “… Een toename van het aandeel van hernieuwbare energieopwekking naar 14 procent in 2020, en een verdere stijging van dit aandeel naar 16 procent in 2023…”. Het CBS rapporteert over 2022 een aandeel van 15 procent. De ontwikkelingen gaan dus niet sneller dan voorzien. Verderop in het Energieakkoord van 2013 staat: “… Netbeheerders en producenten moeten maatregelen treffen om het elektriciteitssysteem aan te passen en voor te bereiden op een groeiend aandeel van hernieuwbare energie in de energiemix. De noodzakelijke energie-infrastructuur moet op tijd gerealiseerd worden…”

Het is een internationale afgang dat onze welvarende kenniseconomie de komende tien jaar grootschalige stroomtekorten gaat hebben, omdat Enexis en zijn concurrenten in de afgelopen tien jaar hun dure plicht in het Energie-akkoord van 2013 hebben verzaakt. Dat remt nu onze klimaatdoelstellingen, woningbouw en economie. Het beste wat een nieuwe regering kan doen is vertragen met windmolens, warmtepompen en elektrische auto’s.

‘Renewables cannot power THIS society’

Ik heb in 212 nieuwsbrieven heel veel reacties, vragen, kritiek en bijval gekregen. Dank daarvoor! Sommige lezers geven aan dat ik wel wat meer groene kans en minder groene illusie kan presenteren. Ik begrijp dat en ik zoek daar ook naar. Ik worstel daarbij met het feit dat fossiel brandstofverbruik en CO2-uitstoot in de wereld nog elk jaar toenemen. Sinds de ondertekening van het Klimaatakkoord van Parijs in 2015 zijn we met inmiddels ruim miljard wereldburgers 5 procent meer CO2 gaan uitstoten.

Ik ben van nature optimistisch, en ik zie heel veel groene kansen. Ik probeer te begrijpen waarom we ze niet pakken, en maar door blijven consumeren, zwerfvuil weggooien, hardrijden en energie verspillen. Ik heb onlangs genoten van Trier, de oudste stad van Duitsland. 2000 jaar teruggaan in de tijd verschaft mij verwondering, inspiratie en inzicht in hoe wij zonder fossiele brandstoffen leefden en werkten met een hoog niveau van beschaving en technologie. Dat helpt mij om heden en toekomst te duiden.

Het leert mij dat wij mensen zonder fossiele brandstoffen kunnen leven – anders waren we hier nooit gekomen – maar dat dat niet kan op de huidige manier. ‘Renewables cannot power THIS society’. Ik verdiep mij in een transitie van antropoceen naar symbioceen zoals Glenn Albrecht die bepleit. En ik sluit mij aan bij Gus Speth, die constateert dat wetenschap en technologie de dilemma’s van natuur en mensheid niet kunnen oplossen. Dat kunnen we alleen zelf.

De overheid heeft veel te veel naar zich toe getrokken

De val van het kabinet veroorzaakt allerlei paniek in dit superrijke land. “Een vertraging van een jaar of langer betekent in het ergste geval dat de klimaatdoelen van 2030 uit zicht verdwijnen’, lamenteert directeur energietransitie & beleid Hans-Peter Oskam. Denken wij werkelijk dat een doorsnee kabinetsval in ons minilandje iets uitmaakt voor natuur en klimaat? Denken wij werkelijk dat 6-12 maanden beleidsarm beleid in een dolgedraaide regelgevingsmachine een wezenlijk verschil gaat maken?

Ik beschouw een beleidsarm jaar in dit land als een zegen. Meer regels en geld helpen nu niets, uitvoering van bestaande regels en begrotingen des te maar. Laten we stoppen met de hijgerige politieke gedachte dat over elkaar heen struikelende ambities en subsidies de werkelijkheid wezenlijk kunnen beïnvloeden. Het meest onbetekenende woord van 2023 in energiebeleid is nu al ‘versnelling’. Dat wordt te pas en te onpas gebezigd door mensen die zelf geen lithium delven, windmolens bouwen, hoogspanningskabels ophangen of warmtepompen installeren.

Als dit land werkelijk in de problemen zou komen met een jaartje demissionair kabinet – dat ongetwijfeld goed op de winkel zal passen – dan toont dat aan dat de overheid veel te regelzuchtig is geworden. Het zou betekenen dat burgers, bedrijven en instituten zich veel te afhankelijk opstellen, of misschien wel zijn gemaakt. Laten wij en het kabinet nu vooral aandacht besteden aan echte problemen, zoals toeslagenleed, aardbevingsschade en lerarentekorten.

Goed en slecht energienieuws

NRC bericht dat de gemeentes in 2030 het doel van 35 terawattuur hernieuwbare energie per jaar in het Klimaatakkoord waarschijnlijk zullen halen. Daartoe moeten ze samen nog wel elke week tot aan 2030 een landwindmolen en 30.000 zonnepanelen installeren. De gemeentes hebben de ambities echter opgeschroefd naar 55 terawattuur per jaar, en daarop lopen ze achter. Verder zie ik het bijkomende rijksdoel van 49 terawattuur zeewindstroom in 2030 ook nog niet gehaald worden. Daartoe zouden we elke week van de komende 400 weken drie zeewindmolens moeten installeren. Naast dit alles moeten er ook heel veel nieuwe elektriciteitskabels en waterstoffabrieken komen, anders kunnen we zoveel variabele stroom helemaal niet transporteren en benutten. We kampen nu al met structurele netcongestie in driekwart van Nederland.

De publieke en journalistieke berichtgeving noemt dat laatste niet, en bevat daarnaast nog twee andere misleidende elementen. Ten eerste spreekt de rijksoverheid in het Klimaatakkoord van 2019 over ‘70 procent van alle elektriciteit in 2030 uit hernieuwbare bronnen’. De genoemde 84 terawattuur per jaar is echter 70 procent van het huidige elektriciteitsverbruik. In 2030 zal ons elektriciteitsverbruik met bijvoorbeeld 50 procent zijn toegenomen door meer elektrische auto’s, waterstoffabrieken en verplichte warmtepompen. Dan daalt het percentage hernieuwbare elektriciteit tot 70% / 150% = 47%.

Ten tweede rept het NRC over 70% van alle ‘energie’. Dat is een veelgemaakte en nog misleidender fout, want het gaat hier alleen om alle ‘elektriciteit’. Elektriciteit is momenteel ongeveer 22% van al onze energie. Als we over zeven jaar 70% van ons huidige elektriciteitsverbruik hernieuwbaar hebben, is dat dus 22% x 70% = 15% van ons totale energieverbruik. Dit zijn geen pietluttige details, dit is waar het om gaat in zowel de beeldvorming als de realiteit.

“Met wind en zon gaan we het niet redden”

Dit concludeert de Zweedse regering nu, en ik concludeerde het vijf jaar geleden in De Groene Illusie. Het Zweedse beleid maakt hiermee een opmerkelijke ommezwaai, van ‘100% hernieuwbaar’ naar ‘100% fossielvrij’. De verwachte verdubbeling van het elektriciteitsverbruik zal niet volledig en betrouwbaar met hernieuwbare energie kunnen worden ingevuld, dus komen er meerdere nieuwe kerncentrales. Ik vind dit een realistisch en moedig besluit, waar alle 10 miljoen Zweden baat bij zullen hebben.

Helaas is onze Nederlandse regering nog niet zover, terwijl wij in tegenstelling tot Zweden niet eens waterkracht hebben. Minister Jetten heeft al wel geconstateerd dat wij niet genoeg wind- en zonne-energie zullen hebben om de benodigde groene waterstof te maken, maar die wil hij gaan importeren uit Spanje. Dat wordt heel duur, het maakt ons afhankelijk, en Spanje kan die schaarse groene waterstof dan niet zelf gebruiken om te verduurzamen. Import van groene waterstof verwordt daarmee tot export van CO2-uitstoot, en reduceert mondiaal geen CO2.

Meer kernenergie in kennislanden Nederland en Zweden reduceert mondiaal wel CO2. Het is niet minder hernieuwbaar dan wind- en zonne-energie, want we putten op den duur het zeldzame lithium, kobalt en koper net zo goed uit als uranium (en fossiele brandstoffen). Bovendien bekleedt Nederland met ECN, Urenco en Borssele een strategische positie t.a.v. kernenergie. Daarmee kunnen wij onszelf en anderen helpen om te minderen met fossiele brandstoffen.